Poëzie-Leestafel

...

  • Vergroot lettergrootte
  • Standaard lettergrootte
  • Verklein lettergrootte
Boelie van Leeuwen

 

Recensie over de bundel

Tempels in woestijnen

Boeli van Leeuwen

geschreven door Karel Wasch

 

 


Sommige gedichtenbundels hebben een lange mysterieuze ontstaansgeschiedenis. In 1947 werd Tempels in woestijnen gedrukt in Willemstad op Curaçao. De oplage bestond uit 50 exemplaren in een wazige blauwe letter. Van Leeuwen (1922-2007) verkocht 8 bundels, 10 waren al tijdens het drukken mislukt en hij verdeelde nog eens 10 stuks onder vrienden en vriendinnen. De rest van de oplage werd door kakkerlakken aangevreten.

Dat kunnen we lezen in Onkel Patrice een verhaal van Boeli van Leeuwen uit 1990. Het is achterin de bundel, na de gedichten, opnieuw afgedrukt.
Je kunt je dus na die voorkennis direct afvragen of deze bundel - in eigen beheer destijds verschenen- nog wel de moeite waard is van een herdruk. Uitgeverij In de Knipscheer heeft het aangedurfd. Overigens promoveerde in september 2014 Klaas de Groot al op een proefschrift over De Wereldomroep met daarin veel ruimte voor Van Leeuwen. Hij las zijn gedichten met enige regelmaat voor via dat medium. De dichter/schrijver is dus weer in de belangstelling.

De gedichten in Tempels... (het zijn er maar 8) vallen uiteen in twee groepjes, de gedichten Moeder van mijn moeder, Soldaten, Nacht en Luchtgevechten boven het krankzinnigengesticht zijn klassieke sonnetten. Er is een kleine overpeinzing, motto, ik ben zoals ik ben en er zijn een drietal grote verzen: Oorlog, Otrabanda en Isla de Makuaku.

Uit de eerste groep vond ik Oorlog, het sterkst:

Oorlog

Het zwarte water bergt mijn dromen in zijn zalen
Waar het wier verwelkend heen en weder deint.
En de vissen, roerloos naast de rossige koralen,
Zijn bevroren, en mijn droom verschijnt.

Het gezeefde blauwe licht weerkaatst een rij soldaten,
Zeegras wiegelt van hun hoofden in de cadans
Van jonge lijven, bleek en zonderling verlaten,
Die het water rondom kleuren met een rode krans.

Een erbarmelijke God, die aan de oppervlakte stormen scheert
Waar alles licht is en verwrongen,
Herschiep een droom waarin alleen het rotte vlees verteert.

In ieder vonkenspattend zoutkristal
Is opgezogen en onsterfelijk bewaarheid,
Het bloed dat in de ruimten dampt van het heelal.


Wat Van Leeuwen hier probeert, is het onbenoembare te benoemen. In de droom in de diepten van de zee gesitueerd, ziet de dichter bevroren vissen, stil naast het koraal en verder soldaten die misschien zijn overleden (let op de rode krans). Eenmaal boven water worden we met God geconfronteerd, die de stormen scheert, een prachtig beeld voor de Grote Kapper (J.W.van der Molen gebruikte dit beeld letterlijk al eens in een vers) die met een handomdraai, storm, wind, laat ontstaan en verdwijnen. En tenslotte: in een zoutkristal, een van de kleinste mineralen op deze aarde wordt het bloed dat in de zee ligt, door oorlogen o.a. opgezogen. Wat een indrukwekkend gedicht.

Bij de grote gedichten viel me Isla di Makuaku (Eiland der Fregatvogels)
De fregatvogel heeft een spanwijdte van twee meter en kan uren zweven op de thermiek. De boodschap van het gedicht is eigenlijk, dat we op de stroom mee moeten varen, zweven, deinen. 'Go with the flow,' zou je kunnen zeggen. En Van Leeuwen laat de taal ook zweven, als een lang aangehouden sitarklank. Inhoud en vorm vallen samen.

'Waar de zee holte in de rotsen schiep,
Daar is de baai, een spiegel van de nacht,
Waarboven vogels op gespreide vleugels als gedachten
Van gestorvenen een rustplaats zoeken. '(...)


Maar er zit ook een apocalyptisch gedeelte in:

'Ik zag de mantel van de dood
Een schaduw leggen op de parende gestalten
In dalen en op bergen.' (...)

En een optimistisch einde bekroont het gedicht:

(...) 'Nu komt de wind, de morgenwind,
Die jonge bomen, danseressen maakt
Met sierlijke bewegingen van lijf en bladerkrans.
Geen zonde en gedachte kan voor lange tijd bestaan
In deze zonnegloed, de wonderlijke kristallen
Op mijn slapend lichaam achterlaat.'


Boeli van Leeuwen studeerde rechten in Leiden en promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam. Op Curaçao vervulde hij verschillende publieke functies waaronder die van bestuurssecretaris van de Antillen. Na zijn pensionering werkte hij als pro Deo advocaat in de probleemwijk Scharloo. Hij had een voorkeur voor verschoppelingen, die ook vaak zijn verhalen en gedichten bevolken.
Als schrijver debuteerde hij in 1959 met de roman De rots der struikeling waarvoor hij in 1961 de Vijverbergprijs (nu Ferdinand Bordewijk Prijs) kreeg. Bijna al zijn werk speelt op Curaçao af. Dit wordt veelal gekoppeld aan belangrijke thema's zoals schuld, seksualiteit en verantwoordelijkheid.
In 2007 ontving Van Leeuwen op zijn 85ste verjaardag een ‘oeuvregeld’ van het Nederlandse Fonds voor de Letteren, dat formeel werd overhandigd in het paleis van de Gouverneur van de Nederlandse Antillen, Curaçao.
(Zie ook Wikipedia)


Ik verbaasde mij over de hoge kwaliteit van deze - terecht opnieuw uitgebrachte - bundel.
Wat een heerlijke verzen, wat een diepte en een gedurfde inhoud. Ik heb ouder werk van hem weer uit de kast gehaald.

ISBN 978-90-6265-863-3 Gebrocheerd 32 pagina's Uitgeverij In De Knipscheer oktober 2014

© Karel Wasch, 8 december 2014

Lees de reactie sop het forum en/of reageer, klik HIER

 


Zoeken

Recensies