Recensie, geschreven door Karel Wasch, over de bundel
Losse honden
gedichten over de omgeving, veraf en dichtbij
Alja Spaan
Alja Spaan (1957) schrijft iedere dag gedichten. Haar bedrevenheid is te prijzen. Ze organiseert de Reuring-bijeenkomsten in Alkmaar, waar talent en gearriveerd hun bundels presenteren, vaak afgewisseld met live muziek. Dat is in tijden van corona geen sinecure. Ook publiceerde Spaan al meer bundels o.a. Misschien moet alles eerst op rekening hersteld (2017) en Tegen het vergeten en voor de behoedzaamheid. (2018).
Nu is er dan haar zesde bundel.
deze ruimte
Hoe je als kind dacht dat het nieuwe jaar echt een ander was
als het vorige, een beetje zoals je zonden vergeven
en op je knieën liggend het voldoende zou zijn je jurk af te
schuieren en voortaan je best te doen of later,
iets groter, elke maandag een nieuwe start werd terwijl het
doel steeds hetzelfde was, geluk immers of
gemak en de hand van een vader op je hoofd of dit keer de
kleur blauw voor het zelfgemaakt vestje, lichter
dan gisteren, de sprong kunnen maken in het wiebelend touw,
net zo te kunnen giechelen als hen alsof
werkelijk sprake was van kansen, geloof, groei, vaart, beloning,
en een delen van de toekomst die, in ieder geval in
je dromen, buiten deze ruimte lag die hoewel steeds een beetje
groter, nog steeds de afmeting had van een tuin.
Dat herinneren we ons allemaal. We leven in een vaak gelukzalige wereld als kind, waarin de kleinste dingen ons geluk kunnen bepalen. De hand van je vader op je hoofd of de gedachten, die absurd waren maar magisch. En Spaan zet dat behendig neer en teder.
op de luidspreker
Rond zevenen is er nog een ruzie op de hoek van de straat,
om acht uur knetteren er nog twee brommers, om
kwart over negen klinkt een knalletje en zoeft een enkeling
door de geluidsbarrière, daarna valt de stilte
als voorgoed in. Alsof het gesneeuwd heeft maar dan zwart,
alsof er een deken ligt maar dan over het hoofd,
alsof die laatste voorbijganger alles meegenomen heeft, ogen
dicht dan en morgen pas kijken. In de vroege
ochtend blaft zelfs geen hond. Op het venster verschijnen
druppels die je niet hoort. Zelfs het zachte zuchten
blijft uit. De lege stad doet eindelijk denken aan het weiland
verderop maar dan zonder de geuren, een
oneindige vlakte zonder piepend hek of beesten maar met een
beloftevolle damp boven het veld.
Een typisch Spaangedicht. Alles lijkt zo normaal, maar ondertussen gebeurt er veel. Geluiden van de stad. Dieren, brommers en een heuse ruzie met lawaai van schreeuwende mensen. Maar uiteindelijk ook weer de stilte. De beloftevolle damp boven het veld, laten een beeld zien van voor het lawaai en eigenlijk een beeld zoals we dat graag zouden zien.
een kromgebogen niets
Stilaan gaan we iemand en iets missen. Een kat die zich oprolt
in je schoot, bij elk te openen blikje
reageert, speels uithaalt als je langsloopt of met een sprong
iets voor je vangt. Een kind die nog een vraag
stelt en met de tong uit zijn mond je een briefje schrijft. Het
geld onder de fruitschaal van een bezorgde
minnaar. Het getoeter van je vaders auto bij elk vertrek terwijl
hij nog zo gezegd had niet te zullen claxonneren.
Het verstoppen van paaseieren. Het uitleggen dat er geen Haas
is. De melodie van de mooiste psalm. De kleur haar
van hem. Een zusje waarvan je de arm moet kriebelen tot ze
in slaap valt. De duim in je mond. Het
koude van een laken dat buiten droogt terwijl het vriest. Het
hooi van een zomer. Het hek open. Toch het haasje.
Een terugblik, zoals alleen Alja Spaan dat kan. Kabbelend wiegend, liefdevol de beelden voortoveren, zoals bijna niemand dat kan.
En ook de betovering niet verbreken. Nuchter de magie van de herinnering vasthouden.
Alja Spaan is er weer in geslaagd een prachtige bundel te schrijven, een vergezicht. Een panorama van haar eigen ziel. Dat is een hele prestatie, maar voor de lezer een ervaring om niet snel te vergeten.
ISBN 9789464248920 | Paperback | blz.55 | Uitgeverij Aspekt | oktober 2021
© Karel Wasch, december 2021.
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER