Poëzie-Leestafel

...

  • Vergroot lettergrootte
  • Standaard lettergrootte
  • Verklein lettergrootte
Robert Verhoeven

 

Robert Verhoeven

 

 

 

 

 

 

Deze gedichten zijn ook te beluisteren op:
voorlezer.net

Alle gedichten komen uit de bundel
als een god die nog geen godsdienst kent, ontmoet het licht de jongen
Uitgegeven door Het Zinkend Schip
Amsterdam/Dendermonde, augustus 2005

alle rechten berusten bij Robert Verhoeven

 

 
Afkomst

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Zowel
hoofddoekje
als stropdas
geloven beiden
dat het niet zonder
kan, dat je
‘zonder’, uit de
code valt , dat
er wat op het spel
staat ‘zonder’

Zoals met
alle ‘doen’,
dat mensen
niet laten kunnen, (durven)
heeft het weinig
met keuze, (wil)
en veel met
angst te maken
Vereenzelviging
met de codes
die de angst
moeten
bedwingen,
beteugelen, wordt
ten onrechte
identiteit
genoemd
De organisatie
van die angst,… cultuur!, en …,
wat het overeind moet houden,
‘normen en waarden’

De stropdas
is niet
verlichter
dan
de hoofddoek, en
dat zowel de hoofd
als de stropdoek, bij mij
thee en zakdoeken
zijn, maakt
mij ook niet
verlichter

© Robert Verhoeven

 
Fragment
 
 
 
 
 
 

midden in de nacht
stond de jongen
alleen met de afwas
onder de douche
’s avonds veranderde
de keuken tijdens
de afwas altijd
in zijn nachtclubje
maar ditmaal had ’t hem
ontbroken aan tijd
zodoende had hij
z’n activiteiten
samengebracht
de afwas, hijzelf
en op de toiletpot
buiten het gespetter, de
radio. Nu was
zijn nachtclubje
daar in die
minuscule
doucheruimte,
hij zong, hij danste
en er was geen ruimte
maar hij zong dan ook dat er
geen ruimte
was
en danste dat
en schonk de
wijn van onuit
gedronken glazen

in een glas
en dronk en zong in
1 teug
en toen
brak er glas
onder z’n voet
en auu, auuu
vulde de douche
hij hinkte ‘t
gangetje op en wikkelde
de droogdoek
om z’n voet

na het stelpen
bekeek hij de
wond en haalde
er nog wat glas
uit
en verbond zichzelf
nu zorgvuldig, met gaas en pleisters
uit een
trommeltje

met zijn handen onder
z’n hoofd op
z’n kussen en z’n
gewonde voet
op een stapeltje kussens
lag hij op z’n brits
hij keek naar buiten, de nacht
in, een boom in,
en de verlichte
vensters
erachter
boven lag z’n vriendin
hoogzwanger
als hij, enkele
weken verwijderd
van hun kindje

© Robert Verhoeven  

 
Mogen
 
 
 
 

Mogen -
tot dusver
slechts mijn ogen -

maar mogen,
mijn lippen
een nachtlang
jouw lippen
stippen,
tekenen,
in ultieme tast
berekenen,
be te ke nen
de samenkomst
van twee gelaten
met verder niets
dan onze
vingertoppen in
een woordloos
carnaval,
waar woorden
alleen nog lipbewegingen zijn in
een heelal van
vinger en tongtoppen

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
in een niet te stoppen
smaken van
elkaar
waarbij ‘waar’
nergens blijft
geen vraag
rest
dorst dorst lest
er gelaat voor aannam
stillend
want het is niet zo dat wij dorst hebben
de dorst heeft dorst
en het stillen schiep gelaat om te lessen
het lessen gelaat om te stillen
zo’n dorst dat hij het haast niet dorst te zeggen en verscheen in gelaat
om te ontmoeten
in de lijnen
van twee snoeten
ver voorbij het groeten
die de stilte aandoen
als twee bootjes
op zilver nachtwater
de maan

© Robert Verhoeven

 
Alleen te voet te bevatten
 

Alleen te voet te bevatten
Gent
De meisjes daar, …
alleen
met vingertoppen

Stegen
ertussen

Haar aarzelen
treft etalages,
Om
in, …
en, … stil, … te houden
Afstand te verkorten
Tot hij voor dezelfde boekenetalage
Waar zij besluit naar binnen te gaan
Soortgelijke interesse volgt
Zijn vingers bladeren
Naast haar handen
Door een boek
Van dezelfde stapel
Dan legt zij neer voor hem terug en neemt een ander
En wel zo dat hij de inzage heeft
Waarvan zij weet
Vervolgens zijn zij weer in stilstand naast elkaar
Al die tijd elkaar totaal niet in de gaten hebbend
Haar heup raakt nu de zijne
Dan is hij nu aan de beurt met net iets verder in de taal die zij kozen
te gaan en hij reikt over haar schouder naar een boek bovenaan
Waarbij hij even duidelijk in articulatie
Pal tegen haar aan

Haar aangename tegendruk
Vertaalt
In niet van wijken
Slechts van reiken weten,
naar dat boek daar bovenaan
En hoe hoe is dit verhaal verder gegaan
Van het afstand korten in het elkaar niet weten
Terwijl bij beiden alles vervuld is van 1 ding
Ik kan u vertellen
Hun vingertoppen hebben elkaar gevonden
Nog in die boekwinkel
Toen zij daar na een kwartier
Nog stonden
Toen ze niet langer ontkennen konden
Schoten ze in de lach
Zij: ‘voetje maken?’
Zij vouwde haar handen voor haar schoot en hij plaatste
Zijn voet want had zijn veter in 1
Gebaar ontknoopt,
zijn schoen uitgedaan,
zij droeg hem op handen
en met zijn aangedaanheid
ruim bebroekt
voor haar onontkoombaar gezicht
heeft hij op de juiste plank een boek
god mag weten welk
er uit gelicht,…
de aangedaanheid van mensen laat zich
als zij er op ingaan
lezen als een gedicht,
het is een taal om in te wonen
stille daden
voor de taallozen
die toch wel verstaan
en daar mee om weten te gaan
bevat een wereld vol ontmoetingen,….
Fijn te weten
tussen een wereld vol begroetingen
zonder

© Robert Verhoeven

 

 

 


De Zinnen, een onge-evenaarde ervaring.
Een aaneengesloten openbaring waarin niet eerder ontsloten
oergeheimen ,- ontstaansgeheimen - , worden prijsgegeven
zonder dat een er zich laat navertellen.
Hier ligt de schepping even in al haar ongezienheid open.
Hierna heeft u anders zicht op uzelf, de ander, de werkelijkheden
en wat zich daarin aandient en vertelt wil weten.

Lees de recensie, klik Hier.

U kunt uw vragen rechtstreeks stellen aan Robert Verhoeven
e-mail adres Dit e-mailadres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien.

 


 

 
De kruin van de kastanje

 

 

 

 

De kruin van de kastanje
vangt het laatste zonlicht.

De kaarsen in de boom staan de Anne Frank
van alle tijden te ontmoeten.

De vensters van alle achterhuizen kennen de bomen
die allen aan de achterkamers toebehoren. Inclusief

de vogels die de kinderkamers binnenzingen

die stilte in altijd dat licht, in altijd dat luisteren

altijd een kussen met een kinderhoofd

in het lange laat op blijf licht
van de volwassenen.

© Robert Verhoeven