Poëzie-Leestafel

...

  • Vergroot lettergrootte
  • Standaard lettergrootte
  • Verklein lettergrootte
André Sollie
André Sollie (Villa Kakelbont)

André Sollie (Querido)

André Sollie (www.vlaamse-illustratoren.com)

Leestafel heeft toestemming van
André Sollie om zijn gedichten op
de Leestafelsite te plaatsen.


 
Soms

Soms, dan heb ik flink de pest in
Zit het me opeens tot hier.
Loop ik heel de dag te balen,
vind ik iedereen een klier.

Op mijn kamer: uren mokken,
de volumeknop op luid.
Dat er niemand vraagt: wat scheelt er,
maakt geen ene donder uit.

Want dan ga ik gillen, hoor je?
Gillen.
Als er iemand vraagt: waarom?
Blijf maar uit mijn buurt, want anders
moet ik janken, denk ik. Stom.

© André Sollie
uit: Soms, dan heb ik er flink de pest in
Houtekiet, 1993 (3)

 
Kerstavond

Dit jaar zet ik eens de herders
vooraan op het namaakmos.
Heb ik achterin meer ruimte
voor de ezel en de os

Op het dak een dik pak watten;
't lijkt wel echte sneeuw, zo mooi.
En al is de ster van piepschuim,
in de kribbe ligt echt hooi

Iedereen zit al aan tafel
maar ik sta nog bij de stal.
Soep wordt koud hoor, Steven. Kom je?
Goed. O.K. Hier ben ik al.

Poes, zegt mam tegen m'n vader,
Poes, zorg jij dan voor de wijn?
Op TV zingt er een koortje:
'die van goeden wille zijn'.

't Gaat al heel vlug over vroeger
Echte winters had je toen!
Lag er sneeuw tot aan je knieën!
Moet er iemand nog kalkoen?

Bij 't dessert zingt tante Vera
oorverdovend 'Stille nacht'
Dit jaar is ze eerder dronken,
eerder dan men had verwacht.

Zeg, je stal is mooi hoor, Steven.
Dat-ie mooi is hoor, je stal.
Vind je? Dankje oma Merksem.
Dat-ie mooi is hoor je stal.

En terwijl oom Luk uitbundig
nog wat schuine grappen spuit,
staart het gipsen kindje-Jezus
wat verwezen voor zich uit.

© André Sollie
uit: Zeg maar niks. Gedichten;
uitgeverij Houtekiet '91

   
Papier

Ik vouw de witte vellen
en stapel plooi na plooi
al wat ik wil vertellen
tot waaiers open
mooi

ik voel
ik aai
ik blader
geef ieder blad
een oor

al ruikt de inkt naar schrijven
dit aarzelen gaat voor

als ik papier zal kennen
zoals ik jou wel nooit
pas dan strijk ik de woorden glad
die ik had weggegooid

© André Sollie
Het ijzelt in juni
Querido 1989

 
Knuffels

Als je dertien veertien jaar bent
en een jongen bovendien,
word je nooit een keer geknuffeld
(als je jarig bent misschien).

Nooit of nooit een keer geknuffeld?
Nee, wat had je dan gedacht?
Breng het ook maar niet tersprake
want dan geld je voor halfzacht.

Voor je ouders ben j'een kerel,
voor je vriend een kameraad,
voor de meisjes kinderachtig;
net te vroeg of net te laat.

Knuffels kan je wel vergeten
ook al wil je't nog zo graag.
Schouderklopjes kun je krijgen,
stoere porren in je maag.

Wat de toekomst brengt weet niemand;
dus ik zeg alvast maar zó:
voor je vijftiende verjaardag,
vraag een teddybeer cadeau.

André Sollie
uit: Zeg maar niks .
uitgeverij Houtekiet Antwerpen 1991

 
Ruzie

Altijd zie je weer wat anders
in de kleuren op 't behang,
het decor van al je dromen.
Maar vanavond ben je bang.

Want je luistert ondertussen
naar de stemmen in het huis.
Eerst heel zacht en dan weer luider,
papa is dus eind'lijk thuis.

Even denk je: Hoor ze lachen,
maar dan lijkt het huilen weer.
Is dat mams? Waar gaat het over?
Ruzie! Slapen lukt niet meer.

© André Sollie
uit: Soms, dan heb ik er flink de pest in,
Houtekiet, 1993(3)