Recensie, geschreven door Karel Wasch, over de bundel
Hier ligt de waarheid in overdaad
gedichten
Myriem El-Kaddouri
Myriem El-Kaddouri (1994) is een jonge dichter uit West-Vlaanderen. Haar ouders zijn Marokkaans en kwamen op jonge leeftijd naar de Lage Landen. Zij is stadsdichter van Kortrijk en slam dichteres. Dit is haar debuutbundel.
In een interview zei ze niet zeker te zijn of dit al haar definitieve poëzie is. Die oprechte onzekerheid siert haar, want je treft weinig debuten aan die zo sterk in elkaar zitten. Haar bundel is niet alleen een zoektocht naar betekenis maar verkent ook de grenzen tussen emotie en ontwikkeling, tussen overdaad en krapte en is een universeel document over innerlijke strijd.
Thuis is een tijd
Hij telde eerst de dagen af, later de jaren
hij wacht in spagaat,
niet echt hier, niet meer daar.
Hij weet dat zelfs zekerheid nu bitter zal smaken.
Wil hij hier wel zijn als dat impliceert dat hij moet zwijgen over de pijnen,
dat hij noodgedwongen moet gedijen?
Mensen noemen hem namen die zijn moedertaal niet kent
en voor het eerst ontwaart hij de kleur van zijn huid.
Hij weet nochtans zeker dat hij geen geluk zocht toen hij halsoverkop
Zelfs als het zo was, heeft hij het niet gevonden.
Hij bestaat voort, niet vooruit.
Zijn anker dobbert permanent juist boven het waterpeil.
Voortaan is thuis een tijd.
Het dilemma van iemand, die in een andere cultuur terecht komt.
De vragen, die dan gesteld moeten worden gaan vaan over acceptatie, anders zijn.
De huidskleur zelfs. Of zoals Imre Kertesz verwoordde:” Mijn vaderland is een koffer!”
Een wereld waaruit je ieder ogenblik kan ontsnappen.
Maar in het gedicht van El- Kaddouri is de beslissing al genomen. De nieuwe omgeving met nieuwe indrukken, lagen is een nieuwe tijd geworden.
Doornen
Ik zou hier kunnen aarden, veilig en vast in vruchtbare grond,
in de bruine nuance, ver van de loopgraven van een ander.
Hier in de luwte van inlevingsvermogen,
waar geen mens met weerwoord bewapend mij in waarheid ontmoet,
waar de schoonheid van spreken wordt genegeerd,
waar ik kan vertrouwen op regels en systemen.
Mensen liggen ontmenselijkt op hopen,
sommigen een verdrinkingsdood vermeden,
maar ook een val van hoop doet breken.
Uit het slib wil ik aanwassen, de stilte ontgroeien,
mijn schaduw niet schuwen.
Wie ben ik zonder mijn stem?
Als mijn woorden doornen zijn,
dan enkel in het oog van de onderdrukker.
Een klein beetje klinkt de professie van de dichter door, ze is namelijk jurist.
Daar heersen systemen en regels. Bij dichters en skaldenzangers zijn
er mooie woorden, bij juristen de harde waarheid, de tegenstander uitschakelen.
Is zij erin geslaagd beide werelden te verenigen? Het lijkt er wonderwel op.
Maar dat zal een groot offer zijn geweest in iemands ziel. De dichter kan zonder zijn stem niet leven en gaat de uitdaging aan.
Feestgedruis
Alleen de microscopische gaatjes in de muur bewijzen
dat er ooit slingers hingen.
Hoeveel speldenprikken voor de schade zichtbaar is?
Op de vitrinekast liggen verschrompelde ballonnen
en in de hoek van de kamer staat een bak met leeggoed.
De stoelen bevinden zich niet op hun vaste plaats,
een vlek van ongekende oorsprong blinkt op een tegel,
en onder de fauteuil ligt een pindanoot, of iets wat daar op lijkt.
een ooit zorgvuldig samengestelde afspeellijst klinkt
voor de vierde keer en de residuen van een geconstrueerd gesprek
plakken aan de rand van een groen getint glas.
Het is begin december en je vraagt je af
waarom tradities in vraag moeten worden gesteld.
Je uit het verkeerd. Je bent oververmoeid.
Je slaapt niet goed omdat je je zorgen maakt over je kleuter,
die plots Turkse (of zijn het Marokkaanse?) woorden gebruikt.
Dat vertel je mij want ik weet vast wat ze betekenen.
Je holle klanken vertalen mijn moedeloosheid in afgrijzen.
Het feestgedruis vervaagt tot een zacht geruis.
Ik offer mezelf en mijn wereld op,
leg me als een lam op een slachtbank
weet dat er toch niets meer te winnen valt.
Ik verbrand ieder schip, blaas elke brug op,
hoef geen weg meer terug:
enkel hier
ligt de waarheid in overdaad.
Het feest klink nog na maar is eigenlijk al afgelopen.
De kleuter spreekt plotseling woorden uit het Turks of Marokkaans. Dat verontrust de moeder, net zoals ze niet goed een vinger krijgt achter de vergankelijkheid. De gaatjes in de muur of de residuen van een geconstrueerd gesprek. De oververmoeidheid slaat een bres in de waarneming. De waarheid, verwijzend naar de titel van de gehele bundel, ligt er voor het oprapen, maar dat is een moeilijk proces.
Deze debuutbundel is van een zuivere zeggingskracht. De symbolische beelden worden zuiver en zonder opsmuk neergezet. Maar de dichter heeft een geraffineerd palet en laat de kleuren schitterend. Wat een mooie bundel!
ISBN 978946434250 | Softcover | 54 pagina’s | Uitgeverij Pelckmans | juni 2024
© Karel Wasch, september 2024
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER